Review: Metal Gear: Survive PlayStation 4

Geplaatst:
Aangepast: 17 maart 2024 20:48

Het reviewen van een game als Metal Gear Survive maakt van mij - als liefhebber van de dertig jaar oude franchise - de advocaat van de duivel. De survival game is namelijk makkelijk om te haten, of je deze nu wel of niet hebt gespeeld. De reden hiervan is geen geheim, dus we hoeven niet om de hete brei heen te draaien. De breuk tussen uitgever Konami en Metal Gear-auteur Hideo Kojima heeft Konami niet de beste reputatie bezorgd en fans lijken geen trek te hebben in een Kojima-loze Metal Gear-game. De vraag is dus of Metal Gear kan overleven zonder input van Kojima. Konami denkt van wel en presenteert daarom zonder blikken of blozen Metal Gear Survive, een survival game die er geen moeite mee heeft om de banden met de bekende storyline te breken. Maar, is het ijzer nog steeds sterk zonder meestersmid Kojima, of treedt de metaalmoeheid in?

Zeg vaarwel tegen het Metal Gear dat je kent

Allereerst is het voornaam om een ding vast uit de weg te werken; Metal Gear Survive heeft in de verste verte niets te maken met de Metal Gear-verhalen zoals we deze kennen. Ondanks het feit dat de game de naam van de franchise draagt, had deze net zo goed weggelaten kunnen worden, iets wat Konami in mijn ogen beter had kunnen doen om de game wat meer overlevingskans te geven. Konami spant - vooral in het begin - heel voorzichtig een flinterdun draadje naar Ground Zeroes door er een alternatief einde op te verzinnen. Met de glimp die we van Big Boss op mogen vangen, houdt het qua Metal Gear-verhaalvertelling aardig op. De enige referenties die we daarna nog terugvinden zijn de herkenbare soundbites (wanneer je gespot bent) en de talloze lens flares gedurende cutscenes.

In plaats van Snake treed je in Metal Gear Survive in de voetstappen van een eigen gecreëerde mannelijke of vrouwelijke soldaat, welke wordt aangeduid als Captain. Na de bekende ontsnappingspoging van Big Boss en Miller per helikopter, raakt de stront de spreekwoordelijke ventilator wanneer een gigantisch wormgat zo’n beetje de halve Mother Base naar een ander universum trekt. Dat jij aan dat gat ontsnapt, betekent niet dat je ‘in the clear’ zit. Een zekere man en Lawrence Fishburn-imitator genaamd Goodluck (ik verzin dit niet) stuurt je namelijk een half jaar later doodleuk naar dat alternatieve universum om de reddingsmissionaris uit te hangen, gezien een eerder gestuurd team pleite is. Oh ja, of je ook Kuban Energy wilt mijnen, gezien dat de krachtbron van toekomst moet worden. Dat het alternatieve universum vol met (letterlijk) hersenloze geïnfecteerden genaamd Wanderers zit, wordt ook nog gemeld, evenals het feit dat jij ook geïnfecteerd bent en hun lot wacht wanneer je sterft. Een doodgewone werkdag dus.

Er schuilt een slang onder het loof

Overleven is dus behoorlijk prangend in Metal Gear Survive, iets wat de titel uiteraard al aardig weggeeft. Vooropgesteld, overleven is - zowel in de campaign als in de online co-op - een hele klus, zij het wel dat het per modus verschilt in welke vorm dat is. In de campaign is het namelijk niet zo zeer de bedreiging van de Wanderers die voor de nodige tactische benadering zorgt. Captain heeft namelijk aardig wat metertjes in de gaten te houden tijdens zijn struintochten door het barre woestijnlandschap. Honger en dorst zorgen namelijk voor een constante aanvoer van water en voedsel, gezien je zonder dit binnen enkele minuten rond strompelt en uiteindelijk sterft door uitdroging of ondervoeding. Water is over het algemeen niet zo’n issue, al is het merendeel verontreinigd en moet je dat koken om er niet gruwelijk van aan de schijt en kotseritus te raken. Eten is een groter probleem. Op een handvol bessen trek je het niet lang, dus je zult moeten jagen op wildlife en dat op je thuisbasis moeten koken om sterk en gezond te blijven. Het grootste probleem is dat het jagen en afreizen naar je basis bijna net zo veel energie verbrandt als dat je maal opbrengt. Hierdoor moet je dit geintje (te vaak) herhalen om een buffertje te bouwen voordat je op missie gaat.

Die energie ga je namelijk keihard nodig hebben wanneer je je objectives gaat vervullen, gezien het gros ervan zich ergens in ‘The Dust’ begeven. Ook hier is het niet moeilijk om te raden wat ‘The Dust’ is, want het is letterlijk een giftige stofwolk waarin Wanderers met massa’s tegelijk vertoeven. In deze mistbank put je je stamina nog sneller uit en heb je nóg een meter in de gaten te houden; je zuurstoftank. Deze valt tijdens je raids in de Dust aan te vullen met vergaarde Kuban Energy, al gaat daar je tankje uiteindelijk wel van naar de klote. Terug naar je basis om deze automatisch te laten vullen is dus altijd het beste. Helaas is dat vaak geen optie, gezien je bestemming met vlagen door hordes Wanderers verdedigd wordt en jij daar dus a la Snake heen moet sneaken. Het moge duidelijk zijn, de metertjes doden je sneller dan de rest. Van Wanderers valt te vluchten, van leeglopende meters niet.

Bezint eer gij begint

Mocht je de metertjes onder controle kunnen houden, dan kan het echte werk beginnen. De weg terug naar je eigen dimensie komt namelijk niet aanwaaien en een nieuw wormgat zal gemaakt moeten worden. Een tweestemmige AI machine genaamd Virgil - een vreselijk duffe AI overigens - kan door middel van geripte hardware de nodige info bemachtigen over zo’n wormgat en het team waar jij naar zoekt, maar die rommel ligt dus overal en nergens. De kans dat je met aardig wat Wanderers in aanmerking komt is dus behoorlijk groot. Bepakt met je eigen gemaakte wapens - crafting is een ding in Survive - is het aan jou of je sneakt of strijdt. Sneaken lijkt vaak de beste optie, tot je ook maar één foutje maakt en daardoor een vloedgolf aan hersenlozen op je nek krijgt. Gezien een klap van zo’n geval een aardige hap uit je gezondheidsbalkje neemt - om te zwijgen over te behandelen kwalen - is voorzichtigheid altijd prioriteit. En dat allemaal terwijl al je metertjes leeglopen.

Toch levert het succesvol voltooien van een missie een gevoel van voldoening op, vooral wanneer deze zwaarbevochten is. Heelhuids je thuisbasis bereiken is in veel gevallen letterlijk een kwestie van overleven. Het is dat gevoel van voldoening wat het flinterdunne verhaal en de ietwat ongeïnspireerde missies de moeite waard maakt. Erg gevarieerd zijn je objectives namelijk niet. Het is vaak een gevalletje ‘data recovery’, verdedigen tegen vijandelijke hordes of een combinatie ervan. Dat je daarbij op je thuisbasis geassisteerd wordt door behoorlijk nietszeggende NPC’s die je onderweg hebt opgepikt, voegt bijna niets toe aan de ervaring. Uiteindelijk ligt jouw lot in je eigen handen. Dat is misschien ook niet erg. De zoete smaak van overwinning wil je in de campaign het liefste voor jezelf houden. Het smaakt in ieder geval beter dan schapenstoofpot en jakhalzenbiefstuk.

Een voor allen...

Wanneer je het overleven in je Remy beu bent, kun je altijd nog overwegen om het met nog drie survival-experts te doen. Wanneer ik heel eerlijk mag zijn is dit een stuk leuker - en vooral uitdagender - dan de campaign die niet in co-op te spelen is. De definitie van overleven is in het geval van de online co-op dan ook heel anders. Vergeet dorst- en hongermetertjes en focus je eerder op steeds taaier wordende hordes aan Wanderers die het gemunt hebben op je ‘precious mining gear’. Jij en je drie random andere online spelers (dus niet met vrienden…) hebben het namelijk druk genoeg met het afweren van dat gespuis, welke een stuk vervelender zijn dan die half dooie Wanderers in de campaign. Zoals bij iedere horde-georiënteerde multiplayer-game neemt de moeilijkheid van de waves telkens toe, wat ook resulteert in mooiere beloningen die ook te benutten zijn in de campaign. Dit concept werkt overigens vice versa. Grondstoffen die je in de campaign hebt gevonden, kun je in de co-op modus weer gebruiken om je verdedigingen op te bouwen.

Het grootste voordeel in de co-op modus is wellicht de mogelijkheid om op ieder moment je inventaris aan te vullen met allerhande aanvals- en verdedigingsitems, welke je bij een workbench met vergaarde grondstoffen kunt fabriceren. Waar je in de campaign wel doordacht en goed voorbereid op pad moet met minimale bepakking, tover je in de co-op modus voor, tijdens en na waves in luttele seconden meters Heras Hekwerk uit je kontzak. Dit zorgt absoluut voor een veel betere dynamiek, interessantere gameplay en een veel plezierigere speelervaring. Voor de liefhebbers van base defense is de multiplayer dan ook de modus om tijd in te investeren, al biedt de singleplayer van tijd tot tijd ook deze bezigheden. Daar gaat alleen wel een grindfest van heb ik me daar aan tevoren.

De ‘Snake’ onder het gras

En zo had Konami me bijna zo ver dat ik ging zeggen dat het prima bezig is, zelfs zonder de hulp van Kojima. Het bedrijf kwam zo dichtbij deze lofzang, tot het de implementatie van microtransacties liet zien. Ik weet het, ik begin er wel vaker over en het is niet altijd even nuttig, maar in dit geval moet ik het toch vragen: Konami, WTF?! Geld vragen om een tweede save slot te benutten is verreweg het idiootste wat ik had verwacht in een Metal Gear-game en ik heb - met dank aan Kojima’s ridicule brainfarts - veel wazige handel gezien. Ook hier gaat het verhaal op dat het niet móet en dat het ook met de in-game valuta genaamd SV te unlocken valt, maar kom op zeg. Dat ik moet lappen voor instant wapengekletter, soit. Dat ik euries mag trekken om niet acuut kapot neer te vallen omdat ik niks te vreten heb meegenomen, meh. Dat ik uren moet grinden voor een extra save slot of anders keihard een tientje mag opkuchen, nee Konami.

Het vormt voor mij een smet op het nieuwe Metal Gear-blazoen, eentje welke old school Metal Gearheads aanvankelijk met de nek willen aankijken. Wanneer je het mij vraagt maakt Konami het zich daarom ook moeilijker dan noodzakelijk. Metal Gear Survive is namelijk in de basis helemaal geen slechte game. Een solide basis is aanwezig en na wat bloed, zweet en tranen van frustratie kan men spreken van een prima online survival/defense game en een inspiratieloze doch vermakelijke campaign. Ik blijf erbij dat Konami de naam Metal Gear beter achterwege had kunnen laten. Dan had de aanloop naar de game een in een positiever daglicht geplaatst. Ik pleit er ook voor dat de microtransacties - of tenminste de implementatie zoals deze nu is - met gang uit de game sloopt. De naam valt niet meer te wijzigen, de schaamteloze geldtrekkerij wel.

Het eindoordeel van Patrick Meurs

Ondanks de haat die Metal Gear Survive van meet af aan geniet, moet ik bekennen dat Konami een aardige survival game heeft weten te creëren. De campaign is ronduit vlak en bevat voor sommigen misschien te veel haken en ogen om er genoeg plezier uit te halen, maar de multiplayer is heerlijk chaotisch hordes doorklieven. De naam Metal Gear hoefde het wat mij betreft niet te dragen en de microtransacties zijn in mijn optiek ronduit schaamteloos. Daar jaagt Konami zich niet alleen de die hard Metal Gear-fans mee in het harnas, maar de rest van de huidige gaming community ook. Met enkele broodnodige aanpassingen geef ik Metal Gear Survive dan ook een aardige kans op overleven.

    Prima
  • Wanderers neermaaien is altijd leuk, alleen of met vieren
  • Multiplayer is absoluut de betere modus
  • Storyline campaign is wat lafjes
  • Honger en dorst irriteren tot en met in campaign
  • Dokken voor een tweede save slot
Patrick Meurs Columnist

Beeldspraak, woordspelingen en voornamelijk flauwe grappen zijn voor Patrick de dagelijkse kost. Deze Brabantse flapuit neemt nooit een blad voor de mond waardoor zijn mening altijd lekker recht voor de raap is. Gamen kan hij niet en dat vindt hij eigenlijk helemaal niet erg. Sterker nog, hij kan er wel om lachen dat hij in de lobby al gesniped wordt.

Informatie bij dit artikel

Je moet eerst inloggen om deze game aan je favorieten toe te voegen.

Packshot Metal Gear: Survive

Series

-

Uitgever

Konami

Reviewscore

Platforms

PlayStation 4

Releasedatum

20 februari 2018

Ontwikkelaar

Konami

Gameliner Awards

-

Lees meer
Reacties
Er zijn nog geen reacties
Nog niet uitgepraat? Praat verder op Discord