Opinion: Bepalende wetenschap

Geplaatst: 21 januari 2015 12:00
Aangepast: 1 januari 2018 00:00

Helemaal vrij zijn de twee woorden, de twee instructies van onze hoofdredacteur, die mij glimlachend aankijken op de momenten dat ik begin met het schrijven van een column. Heerlijk is dat, een plek op het wereldwijde web waar je even helemaal je eigen gedachten en meningen kwijt kunt, zonder dat dit door een inperkende instructie wordt tegengehouden. Voor dit stukje geldt het zeker, aangezien ik het dit keer niet over games wil hebben, maar over een ander onderwerp dat gamers overigens wel heel goed aan zou kunnen spreken: films. Twee films in dit geval, die allebei hetzelfde thema hebben en onlangs in de Nederlandse bioscopen zijn verschenen. Je zou het bijna een tweeluik kunnen noemen, een filmduo. Ik heb het over de twee 'wetenschapsfilms' The Imitation Game en The Theory of Everything.

Die eerste film, The Imitation Game, gaat over een wetenschapper die bij veel mensen misschien niet zo bekend is, maar dat absoluut wel zou moeten zijn: Alan Turing. Hij is er bijna in z'n eentje voor verantwoordelijk dat de Tweede Wereldoorlog 'maar' een jaartje of vijf á zes heeft geduurd, in plaats van veel langer. Dat zit zo. Gedurende de oorlog was het voor het Duitse leger uiteraard van enorm belang dat er goede communicatie was tussen de verschillende eenheden. Van nog groter belang was het dat deze communicatie onder geen enkele omstandigheid onderschept mocht worden. Of nou ja, onderschept in ieder geval was het zaak dat wanneer de geallieerden de Duitse communicatie onder ogen kregen, geen flauw idee hadden waar die correspondentie over ging. Gecodeerde communicatie dus, bekend onder de naam Enigma. Maar ja, toen kwam Turing dus om de hoek kijken. Met een bijna absurde machine wist hij de code van Enigma te kraken, en kwam alle tactische informatie van de Duitsers dus in handen van hem en zijn team. Door vervolgens gecontroleerd informatie te lekken naar zowel het Duitse als het geallieerde leger zorgde Turing ervoor dat de geallieerden hier en daar een tactisch voordeel mee konden pakken, waardoor de oorlog uiteindelijk veel eerder kon worden beëindigd dan wanneer Enigma niet gekraakt zou zijn. Een zeer belangrijke man uit de wetenschappelijke wereld dus, overigens briljant gespeeld door acteur Benedict Cumberbatch (bekend van onder andere de serie Sherlock en als stem van de draak Smaug uit The Hobbit). Absoluut een film die het bekijken waard is, en zomaar eens tot één van de toppers van dit jaar gerekend zou kunnen worden.

Dan die andere wetenschapper, waarvan z'n leven in de film The Theory of Everything ook verfilmd is. Eén van de verschillen met Alan Turing is dat deze wetenschapper nog in leven is (Turing pleegde een aantal jaar na de Tweede Wereldoorlog zelfmoord, nadat hij was gedwongen om hormooninjecties toegediend te krijgen vanwege zijn homoseksuele geaardheid). Een ander verschil is dat deze wetenschapper niet één antwoord op één vraag wilde hebben, maar eigenlijk een antwoord op alle vragen. Een theorie, een enkele, simpele vergelijking die het antwoord is op alles, vandaar natuurlijk ook de titel van de film. Ik heb het over de wetenschapper Stephen Hawking, ook steengoed neergezet door acteur Eddie Redmayne (bekend van de film Les Misérables). Van Stephen Hawking is bekend dat hij door een spierziekte niet of nauwelijks nog controle heeft over zijn lichaam, daardoor in een rolstoel zit en eigenlijk alleen nog met de buitenwereld kan communiceren door middel van een computer die hij bedient met de spieren in zijn wang. De achteruitgang van Hawkings gezondheid wordt fenomenaal neergezet door Redmayne. Op momenten zit je zelfs ongemakkelijk in je stoel naar scènes te kijken, met open mond zelfs, om daar later pas achter te komen en vervolgens snel je mond weer te sluiten. Een film met dat soort scènes is goed, daar is geen twijfel over mogelijk.

Hebben jullie één van deze films (of wellicht beide) al gezien? Wat vonden jullie ervan?

Lees meer